Het opstarten van hulpverlening in een gezin vergt veel aandacht en tijd. Wat dan te doen als je geen huisbezoek kunt/mag inplannen en toch graag wilt starten? In deze tijd is telefoneren en videobellen dan een voor de hand liggend alternatief. Zo ook bij Brian, waar hulpverlener Maurice Mommers twee weken geleden startte. Hij vertelt hier over zijn ervaringen en de ervaringen van het gezin!
Het eerste contactmoment is een telefoontje, dat is altijd al zo en in deze tijd dus niet anders. Ik krijg de moeder van Brian (8 jaar) aan de lijn. Ze reageert opgelucht en geeft aan dat ze blij is dat de hulp wordt opgestart. Vervelend om dan meteen te moeten aangeven dat wij vanuit XONAR de richtlijnen van het RIVM opvolgen en zo veel mogelijk vanuit thuis proberen te werken. Moeder heeft hier alle begrip voor, maar geeft aan dat ze het nu best wel pittig vindt. Zij en haar man werken dag in dag uit vanuit thuis en moeten dan ook nog eens hun aandacht verdelen naar de 2 kinderen die niet naar school en de kinderopvang gaan. Ze benoemt dit als multi-tasken.
Dit vergt heel veel van haar. Al snel wordt in het gesprek de focus gelegd op haar zoontje Brian (diagnose autisme en ADHD). Hij is zijn structuur kwijt en weet niet waarom hij thuis huiswerk moet maken voor school. In zijn beleving moet je op school huiswerk maken en wanneer je geen school hebt en thuis bent, ben je vrij en mag je spelen. Dit roept spanningen op in de thuissituatie.
Ik heb moeder uitgelegd dat wanneer we in de beleving van Brian mee gaan, hij gelijk heeft. Het is dan niet zozeer om hier tegen in te gaan maar hoe mee te kunnen gaan in zijn beleving. Wat zou het mooi zijn om school thuis te halen? Ik heb haar bevraagd op de mogelijkheid om een plekje in huis zo in te richten dat we naar Brian kunnen aangeven dat dit dan zijn schoolplekje is en hij dan op gezette tijden daar aan zijn schoolwerk kan werken.
De daad werd meteen bij het woord gevoegd en er is voor Brian een aparte werkruimte in de garage (hier heeft vader ook zijn eigen werkruimte ingericht) een hoekje gecreëerd met een bureau en prikbord. Vanuit school zijn er tijden doorgegeven. Brian weet nu wanneer hij achter zijn bureau moet zitten voor school en wanneer hij pauze heeft.
In een tweede gesprek heb ik via Whats App met Brian een videogesprek gehad. Brian is nog wat onwennig en geeft verbaal geen antwoorden. Wanneer ik besluit om gesloten vragen te stellen reageert hij met horizontaal schudden met de telefoon (nee) en verticaal te schudden met de telefoon (ja) Wanneer ik vraag of hij naar school gaat schudt hij nee met de telefoon, maar plots zegt hij dat hij wel thuis naar school gaat. Hij staat op en laat mij in beeld zijn schoolplekje zien.
‘Kijk, dit is nu mijn school, bij papa in de garage.’
Dit vond ik geweldig om te zien! Daarna heeft er ook een videogesprek met moeder plaatsgevonden. Moeder haalt vader er ook bij en met z’n drieën hebben we het erover hoe het thuis gaat. De ouders geven aan dat ze het schema dat ze van mij via mail hebben ontvangen, hebben uitgeprint en ingevuld voor Brian en zijn oudere zus. Dit werkt goed.
Ik vraag naar hoe zij de hulpverlening op deze alternatieve manier ervaren. Ze geven aan dat het natuurlijk fijner zou zijn wanneer ik thuis zou komen, maar dat zij de handvatten die worden aangereikt, ook op het gebied van psycho-educatie, als ondersteunend en waardevol ervaren. Ze hebben het gevoel dat de druk wat van de ketel af is omdat er thuis weer wat structuur is. Ze geven daarbij wel als kanttekening dat een maand thuis zitten en niet naar school gaan wellicht lang lijkt, maar niet lang is. Hoe verder wanneer het veel langer gaat duren is nog maar af wachten.
Ik vind het in ieder geval mooi om te zien en te ervaren dat ook in deze moeilijke tijden van fysieke afstand, een “digitale nabijheid” kan ontstaan.
Maurice Mommers, ambulant hulpverlener autisme